Skip to main content

Smederij 1854

Geschreven door: Henk Sepers

Adam IJssel de Schepper laat halverwege de 19e eeuw een smederij bouwen aan de Oerdijk. In Uut den Umtrekt schrijft Jan Struik dat de smederij met woning in 1854 gereed is. De smederij stond aanvankelijk aan dezelfde kant van de weg als de molen.

Shell bij de smederij

In 1916 maakte de toenmalige smid de overstap naar de overzijde en werd buren van de kerk. De eerste smid in Okkenbroek woonde volgens het bevolkingsregister over de periode 1850-1860 op Okkenbroek 496, over de periode 1860-1920 was dat Okkenbroek 34, later 48. In de periode 1850-1860 is het huis van bakker Willem Hullen uit Olst. Het gezin verhuist op 22 november 1853 naar Goor. Hij wordt als bakker opgevolgd door Jan Hermen Wandscheer uit stad Hardenberg. Dit bakkersgezin vertrekt op 19 juli 1856 naar ambt Hardenberg. Op 24 april 1856 komt de ongehuwde grofsmid Johannes Haverkamp vanuit Hellendoorn naar Okkenbroek om als smid te gaan werken. Daarmee is Johannes Haverkamp de eerste smid in Okkenbroek. Grof- en hoefsmid Johannes Haverkamp, geboren op 26 februari 1826 te Raalte (rk), trouwt op 3 mei 1856 met Tonia Bloo (* 15 december 1827) dochter van Jan Bloo en Teune Schiphorst. Op 10 juni 1868 komt Franciscus (Frans) Boerhof (* 8 december 1848 te Heino - † 18 januari 1922 te Okkenbroek), vanuit Raalte in tijdelijk dienst als smidsknecht bij smid Haverkamp. Wanneer en waarheen hij vertrekt, wordt niet vermeld. Hij komt namelijk later terug naar Okkenbroek.

Vader en zoon Boerhof
Op 24 april 1876 vertrekt de familie Haverkamp naar Voorst. Op 1 juni van dat jaar komt Jan Kok, geboren te Welsum, vanuit Kampen naar Okkenbroek en wordt de nieuwe smid. Op 17 december 1879 komt de nog ongehuwde Frans Boerhof terug naar Okkenbroek en wordt de smid in het dorp. Zijn vorige woonplaats is Wijhe. Op 19 mei 1881 trouwt hij met Willemina Rozenkamp (*5 september 1850). Als grofsmid staat hij te boek in het bevolkingsregister van de toenmalige gemeente Diepenveen. Op 1 januari 1866 wordt Frans Boerhof voor een periode van twee jaar benoemd als buurtmeester in Okkenbroek. Na de dood van Adam IJssel de Schepper verkochten de erfgenamen in 1899 de smederij aan Frans Boerhof. Laatst genoemde nam een hypotheek op de smederij met woning bij de molen van fl. 1.000,--. In 1916 verhuisde Boerhof met zijn smidse naar de overkant van de grintweg (Okkenbroek 47, 65 en later Oerdijk 232). Zijn zoon Gerhardus Johannes (Garrad) Boerhof (* 12 oktober 1890 – † 1 november 1936) trouwde op 8 juni 1917 in Dalfsen met Antonia (Tonia) Schotman (* 23 augustus 1891 - † 8 december 1982). Het echtpaar zette de smederij van vader Frans Boerhof voort. In 2008 kreeg Okkenbroek een Boerhofstraat.

Gerrit Jan van der Vegt
Gerrit Jan van der Vegt en zijn vrouw Roeloffina

In mei 1929 werden huis en werkplaats verkocht aan Klein Lankhorst en vertrekt Boerhof naar Herwen en Aerdt (Lobith) waar Garrad en Tonia ook hun laatste rustplaats vonden. Menig Okkenbroeker vroeg zich af waarom een ‘boer’ als Klein Lankhorst een smederij kocht. Snel werd duidelijk dat hij dat niet voor zichzelf deed maar voor Gerrit Jan van der Vegt. De op 11 mei 1901 in Enschede geboren Van der Vegt († 20 december 1986) trouwde op 18 september 1929 met de uit Deventer afkomstige Roeloffina Koopman (* 14 februari 1899 - † 28 december 1980). Het echtpaar vestigde zich in de smederij. Op 27 september 1930 werd dochter Johanna Wilhelmina (Annie) geboren. Al snel begon Gerrit Jan van der Vegt, met het aan huis (Okkenbroek 47/65) verkopen van olieproducten van de Koninklijke Shell Nederland. Machines waren meer en meer in opkomst. In het begin hoofdzakelijk de door paardenkracht voorbewogen machines. De mechanisatie nam daarna hand over hand toe. Slechts een reclamebord uit die tijd rest als tastbare herinnering. In het begin waren het vooral boeren uit de omgeving die ‘benzine’ afnamen om apparaten rondom de boerderij te laten pruttelen. Bar veel auto’s telde Okkenbroek in die periode immers niet. Aanvankelijk met een tank boven de grond die met een handpomp werd bediend. In eigen beheer werd, ook tijdens de oorlog en dat was toen niet zonder risico, uit koolzaad olie gemaakt. dochter Annie heeft anno 2013 nog steeds een fles met koolzaadolie in haar bezit. Behalve de smederij begon Van der Vegt met een winkel in ijzerwaren. Emaille pannen, puntdroad, spijkers en dergelijke vonden gretig aftrek onder de boerenbevolking in de omgeving. Ook voor reparatie van fietsen was men bij de smid aan het juiste adres. Ziel en zaligheid stopte Van der Vegt toch vooral in het werken met paarden als hij de edele viervoeters van nieuwe hoefijzers moest voorzien. Annie ‘van de smid’, lid van de Fluitclub, VOP en de meisjesvereniging Martha trouwde op 23 oktober 1953 met Ab Bolink en verhuisde in 1955 naar Dedemsvaart om zes jaar later naar Okkenbroek terug te keren om uiteindelijk in Bathmen te gaan wonen. Annie en Ab hebben twee kinderen: Roelien en Marcel. Oma Roeloffina had Okkenbroek inmiddels kennis laten maken met het wecken van groenten en fruit. Weckflessen en toebehoren werden vanuit de winkel bij de smederij verkocht. Met de komst van de (landbouw)coöperatie kwam in de verkoop van artikelen voor de boeren enigszins de klad. Tijd voor de smeden in de regio een verbond te smeden met als doel dat zij hun goederen goedkoper konden inkopen en daarmee aan de man brengen. Het rekte het bestaan van de winkel enigszins.

Hein van der Vegt
Hein bij hoepelwals

Als smidsknecht werd H.A.J. (Hein) van der Vegt (* 1 maart 1942) uit Mariënheem, verre familie, eind jaren 50 van de vorige eeuw in dienst genomen. In 1968 nam Hein de smederij over. Gerrit Jan en Roeloffina bouwden net naast de smederij een bungalow en gingen daar in 1969 wonen. Tot die tijd reed Hein dagelijks met zijn motor heen en weer tussen Mariënheem en Okkenbroek. Hein trouwde 11 mei 1973 met M.H. (Marietje) Nijland (* 19 oktober 1944) uit Dijkerhoek. Hein en Marietje zetten het bedrijf van hun voorganger voort met uitzondering van het zijn van hoefsmid. De oude pomp en tanks die beiden geheel bovengronds waren werd vervangen door een nieuwere versie met tussen de twee pompen van inmiddels het merk AVIA een prachtige lantaarnpaal. Hein zou Hein niet zijn als ook hij geen pomp met mengsmering voor brommers had. Deze pomp uit 1952, geijkt in 1966, heeft als een relikwie uit verloren tijden een plek op zolder van de inmiddels gesloten smederij gevonden. Het zijn slechts deze herinneringen die nog verwijzen naar het benzinetijdperk in Okkenbroek. Een tijdperk dat definitief ten einde kwam toen de Sallandroute die dwars door Okkenbroek liep werd omgelegd en Okkenbroek rechts liet liggen. Daardoor verdween een constante bron van toeristen die benzine tankten aan de Oerdijk voor het vervolg van hun tocht. Het exploiteren van de benzinepomp bij de smederij was hierdoor niet meer rendabel. Hein zette het ambt voort tot 2009 waarna het vuur in de smidse langzaam doofde en hij er zijn tot over de landsgrenzen befaamde motormuseum in vestigde. Omdat ook bij Hein het bloed kruipt waar het niet gaan kan laait soms het vuur weer even op. Een aambeeld stammend uit 1926 en gekocht door Gerrit Jan van der Vegt prijkt nog immer in de smidse.

In Uut den Umtrek geeft Jan Struik een aardig inkijkje in de periode dat Boerhof de smederij runde in De smid op het Hogeveld.pdf.

Reageren? Stuur een bericht naar Henk Sepers.

BRON | Uit den Umtrek, Annie Bolink – Van der Vegt, Hein van der Vegt, SAB Deventer, Ton Schotman, Tonny Mulder.